Dikkedarmkanker
Symptomen en oorzaken
Symptomen en oorzakenDe dikke darm
De dikke darm bestaat uit:
- het colon (karteldarm)
- bestaande uit een opstijgend deel (colone ascendens), dwarslopend deel (colon transversum), het dalende deel (colon descendens) en sigmoïd
- het rectum (endeldarm)
- de sluitspier (anus)
De dikke darm maakt deel uit van de spijsvertering: voedsel wordt er verteerd, water en andere stoffen worden opgenomen in of uitgewisseld met het bloed en onverteerbare resten en afvalstoffen afgestoten.
Wat is dikkedarmkanker?
Dikkedarmkanker ontwikkelt zich bijna altijd uit een darmpoliep. Een poliep (adenoom) is een uitstulping of een verdikking van het slijmvlies dat de binnenkant van de darm bekleedt. Poliepen zijn goedaardige gezwellen, maar sommige kunnen uitgroeien tot kwaadaardige tumoren. De meeste dikkedarmtumoren zijn opgebouwd uit kliervormige cellen (adenocarcinoom). Binnen de groep van dikkedarmtumoren wordt echter nog onderscheid gemaakt tussen:
- dikkedarmtumoren (colontumoren) waarbij het gezwel in het colon ascendens, het colon transversum, het colon descendens of het sigmoïd zit,
- endeldarmtumoren (rectumtumoren) waarbij het gezwel op minder dan 15 cm van de aars zit.
Beide types vragen elk een iets andere aanpak.
Symptomen
Dikkedarmkanker kan men dikwijls niet voelen. Een klein beetje bloed in de stoelgang en buikkrampen zijn geen sterke aanwijzing voor het bestaan van dikkedarmkanker. Die kunnen ook veroorzaakt worden door tal van andere aandoeningen.
Rood anaal bloedverlies heeft ook diverse oorzaken, maar de aanwezigheid van een kwaadaardige darmtumor is toch één van de belangrijkste. Ongecontroleerd gewichtsverlies is zeker een andere reden tot ongerustheid. Indien buikkrampen samengaan met gewichtsverlies en/of anaal bloedverlies, moet verder onderzoek naar dikkedarmkanker ingesteld worden, zeker indien de klachten blijven aanslepen en/of bij toenemende leeftijd.
Veranderingen in het ontlastingspatroon (minder frequente of juist frequentere ontlasting) en aanhoudende diarree of constipatie die blijft duren (ondanks medicatie) kunnen ook wijzen op dikkedarmkanker.
Diagnose en behandeling
Diagnose en behandelingPatiënten die dat wensen, kunnen deelnemen aan een klinische studie. Hier vind je een lijst met de huidige studies.
De klassieke coloscopie is de meest voor de hand liggende opsporingstechniek omdat, naast de hoge accuraatheid, tijdens hetzelfde onderzoek verdacht weefsel (bv. biopsies of poliepen) al eventueel verwijderd kan worden. Onder de microscoop onderzoekt de patholoog vervolgens de stukjes verdacht weefsel. Dit duurt gemiddeld drie werkdagen.
Recent wordt ook gescreend naar dikkedarmkanker via de stoelgangstest.
Doorgaans is er bij dikkedarmkanker sprake van een stapsgewijze groei van de tumor met aantasting van een deel van de darmwand en nadien de gehele wand. Wanneer kankercellen losraken van de oorspronkelijke tumor en voldoende diep zijn doorgedrongen om de bloed- en lymfevaten te bereiken, kunnen ze ontsnappen en klieren koloniseren. Als een losgeraakt klompje kankercellen zich elders in het lichaam gaat nestelen, ontstaat een uitzaaiing of metastase. Dikkedarmkankercellen komen op die manier soms in de lever of in de longen terecht. Bij het bepalen van het stadium wordt een wereldwijd gehanteerde classificatie gebruikt: de TNM-classificatie (TumorNodusMetastase). Hierbij wordt gekeken in hoeverre de tumor doorheen de darmwand is gegroeid (T), of er al dan niet lymfeklieren zijn aangetast (N) en of er al dan niet metastasen zijn (M).
De meest voorkomende behandelingen van dikkedarmkanker bestaan uit oncologische chirurgie, radiotherapie, chemotherapie en doelgerichte therapie.
De behandelende arts kan een patiënt vragen om deel te nemen aan wetenschappelijk onderzoek (ook een klinische studie genoemd). Voor patiënten betekent de deelname aan een studie vaak een extra behandelingsmogelijkheid. In klinische studies testen artsen of een nieuw geneesmiddel of een nieuwe behandeling veilig is en betere resultaten oplevert dan de bestaande behandelingen. Een patiënt doet echter alleen maar mee als hij of zij daar uitdrukkelijk toestemming voor geeft.
Behandelende centra & specialisaties
Behandelende centra & specialisaties
Laatste publicatiedatum: 02/08/2024
Verantwoordelijk auteur: Prof. Dr. Van Steenkiste Christophe
Iets fout of onduidelijk op deze pagina? Meld het.
Verantwoordelijk auteur: Prof. Dr. Van Steenkiste Christophe