Ruggenmergstimulatie

In het lichaam zijn zenuwen aanwezig die aan hun uiteinde ‘schadesensoren’ hebben. Wanneer er ergens schade is, wordt dit opgevangen door deze zenuwuiteinden. Deze zenuwen sturen dan een signaal door naar het pijnregelcentrum in onze hersenen om je verwittigen. Deze gewaarwording kennen wij als pijn en wordt dus gevormd in de hersenen en niet op de plaats waar er schade is. Het regelcentrum beslist hoe je lichaam moet reageren op de schade/pijn.

Chronische pijn zorgt voor veranderingen in het ruggenmerg en in het regelcentrum waardoor dit niet meer juist reageert op de signalen die de schadesensoren sturen.

Zo kan je plots pijn voelen door lichte aanraking van de huid of kunnen lichte pijnsignalen heel hevig worden. De felheid van de pijn is wisselend maar ze is continu aanwezig en daarom uiterst belastend.

Neurostimulatie zorgt voor het verminderen van deze specifieke zenuwpijn. Kleine elektrische prikkels zorgen ervoor dat de ‘pijnsignalen’ minder of zelfs niet in het regelcentrum toekomen. Ze zorgen eerder voor een tintelend gevoel op de plaats waar jij de pijn voelt en vervangen als het ware dat ‘pijngevoel’.

Voorbereiding

Op de dag van de behandeling kom je naar het ziekenhuis. Je hoeft niet nuchter te zijn voor de behandeling. Je mag dus eten en drinken.

De arts of verpleegkundigen bezorgen je de nodige attesten.

Medicatie	Stoppen	Opmerkingen
Asaflow®, Aspégic® Cardioaspirine®, Aspirine® Dispril®, Sedergine®	Stoppen als >500 mg/dag
Marcoumar® , Sintrom® Marevan®	7 dagen voor de behandeling	Vervangen door inspuitingen (zie verder bv Clexane) Stollingscontrole voor de behandeling
Ticlid®	10 dagen voor de behandeling
Plavix® , Clopidogrel Brilique®, Efient®	7 dagen voor de behandeling
Xarelto®, Eliquis® Lixiana®, Pradaxa®	48 uur voor de behandeling
Fraxiparine®, Clexane® Fraxodi®	24 uur voor de behandeling	Terug starten minimum 6 uur na de behandeling • 3 dagen verder nemen samen met gewone bloedverdunners • Na een week stollingscontrole door huisarts

Verwittig in ieder geval de arts als je:

• diabetes (suikerziekte) of een hartkwaal hebt
• (mogelijk) zwanger bent
• allergisch bent voor bepaalde medicijnen, contrastvloeistof of jodium (ontsmettingsstof), latex …
• een bloedverdunner inneemt

Indien je een verminderde nierfunctie hebt, recent een trombose of hartinfarct doormaakte of een stent werd geïmplanteerd, dien je eerst contact op te nemen met je behandelende arts.

In onderstaande brochure vind je meer uitleg over:

• de procedure
• de proefbehandeling
• de mogelijke bijwerkingen en complicaties
• de praktische tips
• de definitieve implantatie
• de veel gestelde vragen

Iets fout of onduidelijk op deze pagina? Meld het.
Laatste publicatiedatum: 13/08/2024
Verantwoordelijk auteur: Dr. Decaigny Veronique